Tony Verhelle van ‘Autogids’ zei het maandag ll. in het belang van Limburg: «België geniet voor producenten van elektrische auto’s duidelijk geen prioriteit». Het aantal inschrijvingen valt tegen, prijzen van nieuwe modellen zijn niet beschikbaar, in andere landen gaat de verkoop veel sneller én je moet er bovendien niet lang wachten op je bestelling. Producenten kiezen er dan ook voor om die wagens te lanceren in die markten waar het gebruik ervan meer is ingeburgerd. België is daar niet bij. Een gezond marktprincipe ligt hier uiteraard aan de basis. De toegang en prognose van verkoop zijn sleutelfactoren in de economische overweging van de producent om al dan niet van een markt een speerpunt te maken.
Welnu, hetzelfde principe kan doorgetrokken worden naar het commercialiseren van biosimilars* in de Belgische gezondheidszorg. Producenten realiseren een groot volume in onze buurlanden, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland op kop. België hinkt echter ver achterop en dat vertaalt zich in meer dan een aarzeling om biosimilars hier op de markt te brengen. In 2017 werd voor slechts 1 molecule op 7 waarvoor een biosimilar ter beschikking is en die door het Riziv wordt terugbetaald een duurzaam marktaandeel van om en bij de 25% geregistreerd. De andere molecules geraken niet of nauwelijks aan de double digits. Te laag alleszins om op een duurzame manier een markt op te bouwen, ondanks de inspanningen die minister De Block aan de dag legde om het gebruik van biosimilars in ziekenhuizen aan te moedigen. En ook in 2018 heeft het er alle schijn van dat de uptake verder stagneert.
Intussen mikken onze buurlanden op gebruikscijfers die tot 70, 80 of 90% halen. De NHS in het Verenigd Koninkrijk streeft naar 90%. Het ministerie van volksgezondheid van Frankrijk wil 80% halen tegen 2022. Duitsland met zijn grote markt gaat vlot boven de 50%. Cijfers waarbij de interesse voor België vanuit de hoofdkwartieren verdampt. Enkel Ierland is samen met België in hetzelfde bedje ziek.
Nochtans zijn biosimilars absoluut noodzakelijk om de ziekteverzekering betaalbaar te houden. Biosimilars zijn immers goedkope versies van biologische geneesmiddelen. En het zijn precies die biologische geneesmiddelen die dé groeipool zijn voor de uitgaven in het geneesmiddelenbudget. De prijs van biosimilars ligt dan weer minstens 31 % lager dan de initiële prijs van het merk. In de praktijk is dit zelfs vaak nog aanzienlijk lager. De inzet op besparingen is dus enorm, zeker als je weet dat het over meer dan een half miljard euro RIZIV-uitgaven gaat.
Reeds in 2012 wees het KCE er op dat één van de grote hinderpalen voor het gebruik van biosimilars in België de zogenaamde “information gap” is. Voorschrijvers, patiënten en hun verenigingen drukken vaak nog twijfels uit of durven niet voluit voor de biosimilar te kiezen. Dit is zeker zo wanneer het gaat om het overstappen, ook het switchen genoemd, van het merkgeneesmiddel naar de biosimilar. Nochtans werden biosimilars intussen al in meer dan 700 miljoen patiënten-dagen toegediend, zonder dat er één onverwacht incident te noteren viel. En tot slot bevestigen ook de talrijke wetenschappelijke studies, die de afgelopen jaren rond switching werden opgezet, dat dit een courante klinische praktijk mag zijn.
Donderdag 8 februari organiseert het federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten (FAGG) een symposium rond biologische geneesmiddelen in België. Het geneesmiddelenagentschap heeft onder meer als missie dat alle betrokkenen in het Belgische zorglandschap toegang krijgen tot relevante info zodat geneesmiddelen op een rationele en veilige manier worden gebruikt. Het FAGG moet daarom alle zeilen bijzetten om de actoren in het zorgwerkveld te informeren over de veiligheid en effectiviteit van het gebruik van biosimilars. België kan en mag deze kostenbesparende « elektrische wagen » niet missen.
Pieter Boudrez
Director Public Affairs Medaxes vzw, de koepel voor toegankelijke geneesmiddelen.
* Biosimilaire geneesmiddelen bevatten dezelfde actieve substantie (molecule) en hebben hetzelfde therapeutische effect als het merkgeneesmiddel. Voorbeelden van molecules waarvoor in België een biosimilar beschikbaar is op zijn EPO, somatropine, infliximab, etanercept.