Een recente studie door Medaxes, de koepelorganisatie van generieke en biosimilar-geneesmiddelenbedrijven die in België gevestigd zijn, toont aan dat de introductie van 15 bijkomende generieke geneesmiddelen in de loop van 2015 en 2016 zorgde voor een extra besparing van 68 miljoen euro voor de Belgische gezondheidszorg.
Wanneer het octrooi op originele medicijnen verstreken is – doorgaans na een periode van 20 tot 25 jaar – kan het product ook door andere geneesmiddelenbedrijven geproduceerd en verdeeld worden. De wetgeving voorziet dat deze generieke geneesmiddelen in de regel minstens 54 tot 60% (zie voetnoot 1) goedkoper zijn dan de initiële prijs van het merkproduct dat door een octrooi werd beschermd.
In 2015 en 2016 kwamen er 15 nieuwe generieke geneesmiddelen op de markt. Hierdoor konden de RIZIVuitgaven voor geneesmiddelen jaarlijks met 68 miljoen euro dalen. Het gaat over geneesmiddelen voor de behandeling van uiteenlopende ziekten en aandoeningen zoals de ziekte van Parkinson, bepaalde psychosen, hoge bloeddruk, astma, depressie, osteoporose, bepaalde ontstekingen, enz.
De 15 generieke geneesmiddelen die in 2015 en 2016 nieuw op de markt kwamen, maken dat begin 2017 er in totaal 251 terugbetaalde generieke geneesmiddelen voorhanden zijn. Volgens de berekeningen van Medaxes leveren zij aan het RIZIV in 2017 een besparing op van minstens 1,7 miljard euro (zie voetnoot 2). Ter informatie: het jaarlijkse geneesmiddelenbudget bedraagt zo’n 4,1 miljard euro (zie voetnoot 3).
Zoals afgesproken in het Toekomstpact dat Minister De Block afsloot met de farmaceutische industrie, maken precies dit soort besparingen geld vrij voor het ter beschikking stellen van nieuwe, dure medicijnen. Dure medicijnen die vaak ingezet worden voor de behandeling van levensbedreigende ziektes, zoals kanker.
Medaxes verwelkomt dan ook dat de Minister het gebruik van ‘goedkope’ geneesmiddelen verder wil aanmoedigen. Zo wordt sinds 1 januari van dit jaar aan huisartsen gevraagd dat minstens 60% van de geneesmiddelen die ze voorschrijven, medicijnen zijn die in de prijscategorie van de ‘goedkope’ geneesmiddelen vallen (zie voetnoot 4). Joris Van Assche, Afgevaardigd Bestuurder van Medaxes, zegt: “Reeds in mei 2016 waren 52% van de geneesmiddelen die de artsen voorschreven, ’goedkope’ medicijnen (zie voetnoot 5). Daarnaast werd in 16% van de gevallen echter nog steeds een duur geneesmiddel voorgeschreven, terwijl voor dezelfde molecules toch een ‘goedkoop’ alternatief voorhanden was. Theoretisch hadden dus reeds in 2016 minstens 68% van de voorgeschreven geneesmiddelen ‘goedkope’ geneesmiddelen kunnen geweest zijn. Door voor 2017 de target op 60% te plaatsen, bewandelt de Minister de weg van de geleidelijkheid. Dat juichen we toe.”
Overigens valt 98% van de generieke geneesmiddelen in de prijsvork van de ‘goedkope’ geneesmiddelen. Van de merkgeneesmiddelen die voorgeschreven worden, beantwoordt slechts 25% aan het label ‘goedkoop’; bovendien gaat over het algemeen de prijsdaling van de ‘goedkope’ merken niet zo ver als die van overeenstemmende generieken (zie voetnoot 5).
Hoe dan ook staat vast dat de mogelijkheid ‘goedkoop’ voor te schrijven in de loop der tijd alleen maar zal toenemen. Reden is dat het aantal merkgeneesmiddelen waarvan het octrooi verstrijkt voortdurend stijgt en hiervoor nieuwe generieke geneesmiddelen in de plaats komen. Zo zullen er volgens de inschattingen van Medaxes in 2017 nogmaals 30 nieuwe generieke medicijnen bijkomen.
Overzicht van de betrokken generieke geneesmiddelen (pag. 4)
Joris Van Assche
Afgevaardigd Bestuurder Medaxes via Els Ruysen
03/820 14 88
er@medaxes.be
1 Ieder origineel dat 12 jaar of meer terugbetaald wordt door het RIZIV, zonder dat er een generiek voorhanden is, ondergaat een prijsdaling van 17%; een bijkomende prijsdaling van 2,41% is van toepassing van zodra het origineel 15 jaar of meer in de terugbetaling opgenomen is, zonder dat er een generiek voorhanden is. Op het ogenblik echter dat er een generiek op de markt komt, daalt de initiële prijs van het origineel tot -54% of -60% (maximale terugbetalingsniveau), onafgezien van het aantal jaren dat het origineel reeds terugbetaald werd.
2 Deze 1,7 miljard euro drukt het bedrag uit dat het RIZIV meer zou moeten uitgeven voor de terugbetaling van geneesmiddelen verdeeld via publieke officina’s indien er geen generieken zouden bestaan (interne berekening Medaxes).
3 Voor 2016 bedraagt het RIZIV-budget voor de terugbetaling van farmaceutische specialiteiten 4,111 miljard euro.
4 Worden beschouwd als ‘goedkope’ geneesmiddelen: alle geneesmiddelen waarvan de prijs gelijk is aan de goedkoopste versie ervan, vermeerderd met 5%; in bepaalde gevallen wordt deze bovengrens opgetrokken tot 20%.
5 Bron: RIZIV Farmanet-cijfers van mei 2016